Persbericht
Vampierster geeft zijn geheimen prijs
7 december 2011
Astronomen hebben de beste opnamen ooit verkregen van een ster die het grootste deel van zijn materiaal aan een vampierachtige begeleider is kwijtgeraakt. Door het licht van vier telescopen van ESO’s Paranal-sterrenwacht te combineren, creëerden zij een 130 meter grote virtuele telescoop met een beeldscherpte die vijftig keer zo groot was als die van de Hubble-ruimtetelescoop van NASA en ESA. De nieuwe beelden laten zien dat de materie-overdracht van de ene ster naar de andere verrassend rustig verloopt.
‘We kunnen nu het licht van vier VLT-telescopen combineren en veel sneller superscherpe opnamen maken dan voorheen,’ zegt Nicolas Blind (IPAG, Grenoble, Frankrijk), die de hoofdauteur is van het artikel waarin de resultaten worden gepresenteerd. ‘Deze opnamen zijn zo scherp dat we niet alleen kunnen zien hoe de sterren om elkaar heen draaien, maar ook de afmetingen van de grootste van het tweetal kunnen meten.’
De astronomen keken [1] naar de bijzondere dubbelster SS Leporis in het sterrenbeeld Haas, waarvan de sterren in 260 dagen om elkaar heen draaien. De afstand tussen beide sterren is maar een beetje groter dan de afstand tussen zon en aarde, waarbij de grootste en koelste van het tweetal zich tot ongeveer een kwart van deze afstand uitstrekt (zijn omvang komt ruwweg overeen met die van de omloopbaan van de planeet Mercurius). Door hun geringe onderlinge afstand, heeft de kleine, hete ster al ongeveer de halve massa van de grote ster opgeslokt.
‘We wisten dat dit een bijzondere dubbelster was, en dat er materiaal van de ene ster naar de andere stroomde,’ zegt mede-auteur Henri Boffin van ESO. ‘Wat we echter ontdekt hebben, is dat de manier waarop deze materie-overdracht waarschijnlijk heeft plaatsgevonden sterk verschilt van de eerdere modellen van dit proces. De ‘beet’ van de vampierster is heel teder, maar uiterst effectief.’
De nieuwe waarnemingen zijn scherp genoeg om te laten zien dat de reuzenster kleiner is dan tot nu toe werd aangenomen, waardoor het veel moeilijker te verklaren is hoe de rode reus zo veel materie aan zijn begeleider is kwijtgeraakt. De astronomen denken nu dat de materie niet zozeer van de ene ster naar de andere stroomt, maar als sterrenwind door de reuzenster wordt uitgestoten en vervolgens door zijn hetere begeleider wordt ingevangen.
‘Deze waarnemingen hebben aangetoond dat de Very Large Telescope Interferometer het vermogen heeft om momentopnamen te maken. Ze banen de weg voor tal van andere fascinerende waarnemingen van onderling wisselwerkende dubbelsterren,’ concludeert mede-auteur Jean-Philippe Berger.
Noten
[1] De opnamen zijn gebaseerd op waarnemingen met de Very Large Telescope Interferometer (VLTI) van ESO’s Paranal-sterrenwacht, waarbij de vier 1,8-meter Auxiliary Telescopes zijn gebruikt om licht door te geven aan een nieuw instrument dat PIONIER heet (zie ann11021).
PIONIER, ontwikkeld door LAOG/IPAG in Grenoble (Frankrijk), is een instrument dat tijdelijk op Paranal is. PIONIER wordt gefinancierd door de Université Joseph Fourier, IPAG, INSU-CNRS (ASHRA-PNPS-PNP) ANR 2G-VLTI ANR Exozodi. IPAG maakt deel uit van de sterrenwacht van Grenoble (OSUG).
De technici van de VLT moesten de afstand die het licht van de ver uit elkaar staande telescopen moest overbruggen tot op ongeveer een honderdste haarbreedte nauwkeurig afstellen. Zodra dit licht PIONIER bereikte, werd het naar het hart van het instrument geleid: een bijzonder optisch circuit, kleiner dan een bankpasje, dat de lichtgolven van de verschillende telescopen uiteindelijk op uiterst precieze wijze samenbracht, zodat zij konden interfereren. De resulterende beeldscherpte was niet die van de afzonderlijke 1,8-meter telescopen, maar die van een veel grotere ‘virtuele telescoop’ met een middellijn van ongeveer 130 meter – de afstand waarover de vier Auxiliary Telescopes verspreid staan.
Het oplossend vermogen van de Hubble-ruimtetelescoop is ongeveer vijftig milliboogseconden, terwijl het oplossend vermogen dat met de VLTI kan worden bereikt ongeveer één milliboogseconde is – de schijnbare grootte van een astronaut op het oppervlak van de maan, vanaf de aarde gezien.
Meer informatie
De resultaten van dit onderzoek worden gepresenteerd in het artikel ‘An incisive look at the symbiotic star SS Leporis — Milli-arcsecond imaging with PIONIER/VLTI’, door N. Blind et al., dat in het tijdschrift Astronomy & Astrophysics zal verschijnen.
Het onderzoeksteam bestaat uit Nicolas Blind (UJF-Grenoble 1/CNRS-INSU, Institut de Planétologie et d’Astrophysique de Grenoble, Frankrijk [IPAG]), Henri Boffin (ESO, Chili), Jean-Philippe Berger (ESO, Chili), Jean-Baptiste Le Bouquin (IPAG, Frankrijk), Antoine Mérand (ESO, Chili), Bernard Lazareff (IPAG, Frankrijk) en Gérard Zins (IPAG, Frankrijk).
ESO, de Europese Zuidelijke Sterrenwacht, is de belangrijkste intergouvernementele sterrenkundeorganisatie in Europa, en het meest productieve astronomische observatorium ter wereld. Zij wordt ondersteund door vijftien landen: België, Brazilië, Denemarken, Duitsland, Finland, Frankrijk, Italië, Nederland, Oostenrijk, Portugal, Spanje, Tsjechië, het Verenigd Koninkrijk, Zweden en Zwitserland. ESO voert een ambitieus programma uit, gericht op het ontwerp, de bouw en het beheer van krachtige grondobservatoria die astronomen in staat stellen om belangrijke wetenschappelijke ontdekkingen te doen. ESO speelt ook een leidende rol bij het bevorderen en organiseren van samenwerking op sterrenkundig gebied. ESO beheert drie waarnemingslocaties van wereldklasse in Chili: La Silla, Paranal en Chajnantor. Op Paranal staan ESO’s Very Large Telescope (VLT), de meest geavanceerde optische sterrenwacht ter wereld, en twee surveytelescopen: VISTA werkt in het infrarood en is de grootste surveytelescoop ter wereld en de VLT Survey Telescope is de grootste telescoop die uitsluitend is ontworpen om de hemel in zichtbaar licht in kaart te brengen. Ook is ESO de Europese partner van de revolutionaire telescoop ALMA, het grootste sterrenkundige project van dit moment. Daarnaast bereidt ESO momenteel de bouw voor van de Europese Extremely Large optische/nabij-infrarood Telescope (E-ELT), een telescoop van de 40-meterklasse die ‘het grootste oog op de hemel’ ter wereld zal worden.
Links
Contact
Nicolas Blind
IPAG
Grenoble, France
Tel: +33 4 76 63 57 30
E-mail: nicolas.blind@obs.ujf-grenoble.fr
Jean-Baptiste Le Bouquin
IPAG
Grenoble, France
Tel: +33 4 76 63 58 93
E-mail: jean-baptiste.lebouquin@obs.ujf-grenoble.fr
Henri Boffin
ESO
Santiago, Chile
Tel: +56 2 463 3126
E-mail: hboffin@eso.org
Jean-Philippe Berger
ESO
Santiago, Chile
Tel: +56 2 463 3103
E-mail: jpberger@eso.org
Marieke Baan (Perscontact Nederland)
ESO Science Outreach Network
en NOVA Informatie Centrum
Tel: +31(0)20-5257480
E-mail: eson-netherlands@eso.org
Over dit bericht
Persberichten nr.: | eso1148nl |
Naam: | SS Lep |
Type: | Milky Way : Star : Type : Variable |
Facility: | Very Large Telescope, Very Large Telescope Interferometer |
Instruments: | AMBER, PIONIER |
Science data: | 2011A&A...536A..55B |